Na extreme droogte afgelopen zomers is het nu wateroverlast dat de aandacht
trekt. Klimaatverandering wordt er steevast bijgehaald als de oorzaak. We
vergeten dat Nederland de delta van Noordwest Europa is en voor een
aanzienlijk deel beneden NAP ligt. Inpolderingen, droogleggingen, dammen,
gemalen en stelsels van sloten en dijken hebben er in de beleving van velen
een normaal land van gemaakt. Watersnoodrampen -alleen al de vorige eeuw
in 1916, 1926, 1953, 1993, 1995- vergeten we liefst zo spoedig mogelijk. Vanaf
1985 is door gerenommeerde kennisinstituten gepleit voor ruimtelijke
ordening op waterbasis. Anders gezegd bij het plannen van nieuwe
woonwijken, bedrijventerreinen, logistieke hallen en infrastructuur primair
uitgaan van wat er vanuit water en bodem mogelijk is.
Op verzoek van de Tweede Kamer heeft het wetenschappelijke Rathenau
Instituut in 2000 onderzocht hoe het hier mee staat. De bevindingen waren
ontluisterend: nog steeds bouwen in uiterwaarden, nieuwbouw op -7m NAP,
verder droogleggen van veenweiden, geen Drijfburg maar IJburg, et cetera.
Technisch kan het allemaal maar de consequenties liegen er niet om: zowel de
risico’s als de kosten nemen aanzienlijk toe. Anno 2024 is er weliswaar meer
ruimte voor de rivieren maar is het denken over ruimte nog overwegend droog.
Als voorbeeld de polder Groot Mijdrecht Noord, tussen Amsterdam en Utrecht.
Om op -6m NAP circa 1000 ha met daarop ruim 100 woningen en enkele
tientallen bedrijven mogelijk te maken, moet elke negen minuten een
zwembad bruin brak water worden uitgeslagen naar de omgeving. Om de
waterkwaliteit in diezelfde omgeving te verbeteren (Kaderrichtlijn Water)
investeert het waterschap aanzienlijk. Toch is het dweilen met de kraan open
en worden de normen niet gehaald. Het waterschap gaat echter niet over de
ruimtelijke ordening, dat is het domein van Rijk, provincie en gemeente.
Het nieuw te vormen kabinet kan putten uit liefst veertig jaar studie naar
slimmer bouwen in onze delta. Hieruit drie gouden tips. Als eerste eindelijk (na
initiatief van de Waterbond 20 jaar geleden!) een verplichte waterparagraaf in
alle koop- en huurcontracten. Daarin
klare taal over de kansen op overstroming, wateroverlast, aantasting van
fundering, openbarsting van de bodem, et cetera. Eerdere kabinetten wilden er
niet aan uit vrees voor economische reputatieschade van Nederland. Tot nu
toe is dat kennelijk belangrijker dan eerlijke informatie voor aspirant kopers of
huurders. Als tweede bij alle ruimtelijke plannen de economische grondposities
ondergeschikt maken aan wat bodem en water aankunnen. Als derde krachtige
Rijksregie voor ruimtelijke ordening op waterbasis en vooral niet blindelings
vertrouwen op de veronderstelde werking van de Omgevingswet. Die is vrijwel
zeker ontoereikend voor wat hier nodig is.
2024.01.18 |