2013.10.16 |

Inleiding
Succesvolle gebiedsontwikkeling wordt steeds vaker afgemeten aan de mate waarin economische, sociaal-culturele én ecologische gebiedswaarden en belangen in een optimale balans zijn. Idealiter gaat het om meer dan het tegengaan of de compensatie van negatieve effecten. Idealiter gaat het om het maximaal benutten van kansen via een optimale onderlinge versterking van gebiedswaarden. Hoe kunnen we een ontwikkelingsproces zo vormgeven dat deelbelangen en -waarden elkaar maximaal versterken? Hoe kan ‘rood’ ‘groen’ versterken en andersom; hoe zijn (rest)waarden uit het ene domein (bijvoorbeeld de akkerbouw of de waterhuishouding) te gebruiken voor een versterking van waarden in het andere (de energiehuishouding, de recreatie, landschapsontwikkeling). Voor dergelijke verbindende strategieën is vaak een doorbreking van routines nodig en een andere, meer open en verkennende manier van denken en handelen. Onderstaande methodieken leveren daartoe handvaten. Ze laten enerzijds de verschillende gebiedsbelangen in hun eigenwaarde. Duurzame ontwikkeling is immers niet hetzelfde als streven naar een grijze middenmaat. Anderzijds stimuleren ze een meer strategische en een politiek-normatieve doordenking van de onderlinge verbinding van waarden en belangen.

Duurzame ontwikkeling betreft zo een perspectief dat door het hele ontwikkelingsproces heen, van de verkenningsfase en planuitwerkingsfase, via de realisatie, tot aan het beheer en onderhoud, actueel is. Per fase leent het perspectief zich wel voor een eigen methodische aanpak. Daarmee is overigens niet gezegd dat de methoden elkaar netjes in de tijd aflossen; duurzame ontwikkeling impliceert dat er ruimte moet zijn voor voortschrijdend inzicht. Duurzame ontwikkeling is eerder cyclisch dan lineair.

In een verkennende fase kan de methodiek van een duurzame kansenkaart worden ingezet om, in overleg met relevante gebiedsactoren, te achterhalen wat precies de gebiedswaarden zijn (economisch, ecologische en sociaal-cultureel) die in het geding zijn en hoe die waarden onderling van een nieuwe ontwikkelingsimpuls kunnen worden voorzien (programmaverkenning). De kansenkaart kan leiden tot een eerste door stakeholders gedeeld ontwerp of verhaal (wensscenario). In de planstudiefase is een meer toegespitste ex ante beoordeling van belang, gericht op de vraag welke waarden met de voorgestelde plannen ( of de diverse varianten daarvan) in het geding zijn en of de plannen daadwerkelijk leiden tot een optimale onderlinge waardecreatie (planstudie). Tijdens de fase van de realisatie en het beheer en onderhoud is monitoring van belang, te beginnen met een nulmeting, waarmee in de gaten wordt gehouden of in gang gezette ontwikkelingen daadwerkelijk de beoogde waardedoelen realiseren.

Omschrijving
De methodieken dagen de diverse sectorale belangen, met de bijbehorende actoren, uit om zich op een zodanige manier tot elkaar te verhouden dat onderling aanwezige kansen worden gemaximeerd. Hoe kan de herstructurering van bedrijventerreinen bijdragen tot sociale versterking van omliggende wijken , hoe kan natuurontwikkeling bijdragen tot versterking van de verblijfsrecreatie. Afhankelijk van de in het geding zijnde gebiedswaarden en hun geschiedenis en ontwikkelingspotentieel, en afhankelijk van de onderlinge politiek-normatieve weging daarvan, ziet dat collectieve eindbeeld er gevarieerd in schaal en programma uit.

Idealiter wordt gebroken met een aanpak waarbij de plan- en ontwerpfase aan de ene kant en de uitvoering aan de andere gescheiden plaatsvindt, met de gangbare fasespecifieke samenstelling van belangen en actoren. Inzet is om een breder veld van stakeholders (met de achterliggende belangen, investeringsmogelijkheden en professionaliteit) in een vroeg stadium van het planvormingsproces te betrekken. De bedoeling is te bewerkstelligen dat ze zich niet alleen in een toetsende, maar bovenal in een ontwerpende en ontwikkelende zin tot elkaar verhouden (tekenen en rekenen).

Meer concreet leveren onderstaande methodieken van duurzame ontwikkeling instrumenten op voor:

(a) een inventarisatie van relevante gebiedsactoren (welke stakeholders bekleden in een gebied concreet welke waarden/belangen, c.q. kunnen daar productief aan vorm geven en moeten dus in het proces worden betrokken), (b) een eisenmatrix in termen waarvan de deelbelangen met de bijbehorende ontwikkeleisen zich tot elkaar kunnen verhouden (voorkomen negatieve afwenteling, maximeren gemeenschappelijke waardecreatie) en (c) een meetinstrument aan de hand waarvan geformuleerde ontwikkeleisen kunnen worden benoemd en getoetst.

Toepassing
Duurzame ontwikkeling kent per ontwikkelfase een andere methodische invulling. Hieronder volgt een korte schets per deelfase:

Verkennende fase: De Duurzame Kansenkaart
Inzet van De Duurzame Kansenkaart is de verkenning en onderbouwing van gebiedsgerichte ontwikkelingskansen, middels een vernieuwende verbinding van gebiedswaarden (het regionale DNA), opkomende nieuwe markten (‘windows of opportunity’) en effectieve ontwikkelcoalities (gebiedsactoren). De methodiek is ontwikkeld in een samenwerkingsverband tussen Telos, Zka Consultants & Planners en Urban Unlimited en is inmiddels toegepast in een tiental stedelijke en landelijke ontwikkelingsomgevingen. Ze verloopt via de fasen van de identificatie van gebiedswaarden en potentiële ontwikkelingsconcepten (in relatie tot opkomende markten), de acquisitie van betrokken gebiedsactoren (en hun onderlinge conceptspecifieke coalitievorming) tot de ontwikkeling van een gebiedsprogramma. De methodiek levert een gebiedsspecifiek mandje van ontwikkelingsconcepten op, gedragen door allianties van relevante gebiedsactoren (stakeholders), gericht op een duurzame gebiedsgerichte waardecreatie.

planuitwerkingsfase: ToDo
Inzet van ToDo (Toetsingskader Duurzame Ontwikkeling) is een toetsing van geformuleerde plannen vanuit een integrale ecologische, sociaal-culturele en economische beoordeling. Aan de hand van door stakeholders benoemde gebieds- en/of projecteisen/belangen worden geformuleerde plannen tegen het licht gehouden en vindt een beoordeling/inventarisatie plaats van de daarbij in het geding zijnde positieve en negatieve effecten (kansen/risico’s). Het resultaat is een beoordelings- of eisenmatrix van waaruit de verdere planvorming en de realisatie richting kan worden gegeven.

Realisatiefase: De Duurzaamheidbalans
Inzet van De Duurzaamheidbalans is een interactieve monitoring van de duurzame ontwikkeling van gebieden (locaties, steden, regio’s, etc.) in termen van hun economische, ecologische en sociaal-culturele kapitaal. De ontwikkeling van de Duurzaamheidbalans heeft in eerste aanleg plaatsgevonden in samenwerking met de provincie Noord Brabant. Momenteel wordt zij toegepast in diverse provincies/regio’s/gemeenten. De beoordeling van effecten vindt niet louter plaats langs objectief-wetenschappelijke weg. Omdat duurzame ontwikkeling per definitie een politiek-normatieve afweging van belangen impliceert betrekt De Duurzaamheidbalans stakeholders bij de onderlinge weging en normering van ontwikkelingseffecten. Stakeholders geven aan hoe belangrijk ze een indicator vinden te midden van het veld van indicatoren, alsmede de kritische waarden daarvan. De Duurzaamheidbalans is zo meer dan een externe monitor; in de kern betreft het een instrument dat is ontwikkeld en geadopteerd door gebiedsactoren om te worden toegepast rondom een gezamenlijk ontwikkeld integraal gebiedsstreven.

Verwijzing
Telos (www.telos.nl)
Urban Unlimited (www.urbanunlimited.nl)
ZKA Consultants & Planners (www.zka.nl)

Ontsluiting
Hans Mommaas – Telos (codehouder)
Meeke de Grooth – ING Real Estate
Peter Vos – Rabobank
Antoinette Wilomt – AM Wonen